Op zoek naar verhalen die er toe doen. We denken dat we alles al zo’n beetje weten over jan & alleman. Toch gaan er steeds weer deurtjes open naar (oude) nieuwtjes. Dit keer leggen we ons oor te luister naar twee CS-beroemdheden (oud-voetballers). Zij laten hun licht schijnen over wat hen aantrekt in die schone sport. Ondertussen hullen ze zich “nur noch” in de warme donzen Con Spirito-deken.
Wat zijn de raakvlakken van voetbal en koorzang?
Deze vraag kreeg ik van de redactie van de Partituur voorgelegd. Of ik wilde nadenken over deze stelling. Enkele leden van de redactie waren van mening dat ik er iets over zou kunnen zeggen omdat ik jarenlang in de voetballerij heb gezeten en ook mijn hele leven al, tot nu toe, nog steeds zing.
Als jongetje van tien jaar ben ik, na veel “drammen” thuis, lid geworden van de net opgerichte voetbalclub DZSV. Eigenlijk was ik nog te jong, maar waarschijnlijk dachten ze toen “Hoe meer leden, hoe meer vreugd”. Omdat de vereniging in opbouw was en er nog niet zo veel elftallen konden worden samengesteld, mocht ik als jongetje van 14/15 jaar af en toe met de grote jongens van het eerste elftal meespelen. Eerst speelde ik ’s middags een wedstrijd in het A-juniorenteam en later zat ik als wisselspeler bij het eerste op de bank.
In die tijd werd ook mijn interesse om te zingen aangewakkerd. In onze familie werd altijd al veel gezongen. Mijn moeder en tante zongen bij Amicitia en mijn zus en nichtjes zongen, vaak samen met de moeders, het hoogste lied. (we woonden naast elkaar en liepen bij elkaar in en uit). Het wondermooie lied Die Forelle van Schubert, stond hoog op de hitlijst bij de families Jansen en werd vaak ten gehore gebracht. Alle coupletten uit het hoofd!!!
Ik was inmiddels begonnen met gitaarspelen, en zong daarbij liedjes van Freddy Quin, Cliff Richard en Elvis Presley. Grootheden uit de jaren 50/60. Via een kennis werd ik gevraagd om “op bonte avonden” (zo heette dat vroeger) die her en der werden georganiseerd, liedjes te zingen. De opbrengst was meestal voor een “goed doel”. Later heb ik nog gezongen bij de Doetinchemse band “Les Aimants” en traden we regelmatig op.
Toen ik een jaar of 18 was ben ik lid geworden van CS. Mijn oom, de vader van de huidige voorzitter, en Hans waren al lid van het koor. In die periode kwam ik erachter dat sport en zang elkaar goed aanvulden. De fysieke inspanning op het voetbalveld en de ontspanning op een repetitieavond van CS was een goede mix.
Na mijn diensttijd heb ik nog tot mijn 28ste jaar gevoetbald, ben daarna nog 15 jaar trainer geweest bij verschillende clubs in de regio, maar ik zong al die jaren ook bij CS.
De laatste jaren is mijn interesse in de voetballerij minder geworden. Ik ga niet meer zo veel naar de velden, maar kijk nog wel naar wedstrijden op de TV. Het plezier en de interesse in zingen is juist de laatste jaren weer toegenomen, mede doordat ik ook in dialect-/streektaalgroepen speel. Ik vind het een mooie aanvulling op de koorzang bij CS, waar op een prettige en intensieve manier, gerepeteerd wordt onder leiding van Ben. En als je de “zanglessen” van Ben probeert toe te passen op de repetitie, wordt het zingen alleen maar leuker. Ook is het mooi dat de sociale contacten die je bij sportclubs hebt, ook bij CS hoog in het vaandel staan.
Als je er zo over nadenkt zijn er veel overeenkomsten tussen voetbal en koorzang. Bij alle twee sporten train je o.a. longen, hersenen, alertheid, reactie en oplettendheid. In het voetbal heb je “linies”, bij koorzang zijn het “stemgroepen” die met elkaar moeten samenwerken. Alles moet in balans zijn om een goed resultaat te behalen. De trainer/dirigent geeft de richting aan en de spelers proberen zo goed mogelijk uit te voeren wat door oefening is geleerd. Wanneer je dan een goede wedstrijd hebt gespeeld of je hebt een prachtig concert gegeven, is er de gezamenlijke voldoening over wat je als team of groep hebt gepresteerd. Het voordeel van koorzang is echter dat je het veel langer kunt beoefenen.
Mijn conclusie is dat ik erg veel plezier heb beleefd aan de voetballerij, maar dat ik nog steeds geniet van de koorzang bij CS.
Wim Jansen, van Rita.
** N.B. Na zo’n twintig jaar gezonde wedijver rond het “leren monster”, hoorde ik enkele jaren terug uit de mond van Wim dat die behoefte behoorlijk kwijnende was. Ik zag hem vrijwel nooit meer op de blauw-witte velden en zocht naar de reden er van. Als antwoord daarop hoorde ik:”Het zingen komt voor mij nu op de eerste plaats! Zingen is werken met je hersens, aan je geheugen, goed voor de ademhaling en concentratie.” Ik heb (nader bekeken) zelf ook die transitie doorgemaakt! Nu loopt ook mijn beleving synchroon aan dat wat hij toen zo oprecht poneerde.
DZSV-A kampioen 1962. Staand: v.l.n.r. Jan Westendorp, Gertie Niemijer, Johan Westerveld, Johan Ruesink, Bennie Kleinhesseling, Wim Jansen, Gert Lammers, Johan Kortbeek. Gehurkt: Wim Frericks, Gerrit Apenhorst, Wim Tuenter, Martin Zwienink, Wim Kraayenbrink.
65 jaar lid van Con Spirito,
de tijd is voorbijgevlogen!
Een paar maanden na de oprichting van Con Spirito werd ik in maart 1955 door mijn oom Gerhard Frericks gevraagd om met hem mee te gaan naar een van hun repetities. Hij wist dat ik veel van zingen houd en dus hoefde ik er niet lang over na te denken. Ik stond gelijk in vuur en vlam! Ik voelde me meteen thuis tussen al die heren ofschoon ikzelf nog maar 18 jaar jong was.
Jan Hofs, de eerste dirigent hoorde dat ik een eerste tenorstem had en vanaf dag 1 heb ik 30 jaar lang tussen de eerste tenoren gestaan. Met toenemende leeftijd zakte mijn stem en na een tijd bij de 2e tenoren te hebben gezongen sta ik nu al geruime tijd met veel plezier tussen de baritons.
Een terugblik op mijn 65 jaar bij Con Spirito levert mij veel mooie en waardevolle herinneringen op.
Tijdens mijn eerste jaren bij het koor voetbalde ik nog bij SVD en we speelden in de eerste klas KNVB*. Trainen en zang vielen beide op de dinsdagavond, en beide wilde ik niet missen. Dat voelde soms als een spagaat, maar ik heb het volgehouden tot 1968. In dat jaar stopte ik op 31 jarige leeftijd met voetbal en ben zakelijk voor mezelf begonnen, waardoor ik mijn tijd beter kon verdelen. Dat gaf ruimte die ik maar al te graag aan het koor wilde besteden.
(* red. Voor amateurs destijds het hoogst haalbare!)
Elke 5 jaar organiseert Con Spirito een concertreis en dat waren voor Hanni en mij altijd hoogtepunten. Engeland, Zwitserland, Praag, Berlijn… we hebben er velen meegemaakt. De concerten stonden daarbij altijd voorop, maar het plezier kwam zeker niet te kort. 1979 in Engeland sliepen met z’n allen in een oud kasteel. Niet zoals de Engelse adel in een prachtig victoriaans hemelbed, maar in ijzeren stapelbedden met meerdere stellen op een kamer. Er werd wat af gelachen en gefeest! Blikjes bier trokken we uit automaten die in de hal stonden en stapelden de lege blikken op tot een hoge toren die naarmate de avond vorderde aan hoogte won. De schik werd groter en de dorst bleef, de volgende ochtend was de automaat leeg. Gezongen werd er veel en uitbundig, tijdens de concerten, en niet minder tussendoor. In de bus greep Hans Boland regelmatig naar zijn ‘pensorgel’ om het gezang van zijn koorgenoten waardig te vergezellen van accordeonmuziek. Wat hebben Hanni en ik genoten van al die mooie reizen! Maar er komt een tijd dat je een stapje terug moet doen omdat je lichaam je remt en zo zijn we de laatste keer naar Zeeland niet meer meegegaan.
Een ander onvergetelijk moment voor mij; het is de zondag voor kerst 1978, 4e advent. Con Spirito zingt in Suderwick tijdens de advent dienst, wat ondertussen is uitgegroeid tot een mooie traditie. Ik lig op die zondag in 1978 al 2 maanden op bed met tuberculose en zing niet mee. (Maar goed dat ik toen niet wist dat ik nog 8 maanden in dat bed zou blijven liggen voordat ik volledig beter zou zijn). Hanni komt die dag eind van de ochtend de slaapkamer binnen en zet het raam wagenwijd open. Het is een natte en frisse dag en ineens hoor ik de bekende stemmen van Con Spirito. Het hele koor heeft zich na de kerkdienst onder mijn slaapkamerraam op het gazon opgesteld en brengt mij een serenade. Wat was dat gezang mooi en wat voelde ik me gedragen! Ik zal dat moment nooit meer vergeten en het raakt me diep tot op de dag van vandaag.
En dan zijn er nog de dinsdagavonden. Al die jaren waarin we naast zingen ook wat af hebben geborreld, gepraat en gelachen. Eerst bij Henk aan de bar van ‘Ons Huis’ en later bij Koenders in Breedenbroek. De gehaktballen van Ons Huis waren stiekem mijn favoriet! Het bier is ingeruild voor een glas Rivella, maar mijn maatjes van de stamtafel zijn gebleven. Gelukkig wel! Jullie gezelligheid had ik niet willen missen!
De tijd vliegt verder en dan ineens is het 2020, Con Spirito wordt 65. Wat een hoge en waardige leeftijd, Con Spirito! Maar in tegenstelling tot mij op die leeftijd ga jij nog lang niet met pensioen.
Op 1 november 2020 gaat nietsvermoedend bij ons de bel, Wim Jansen staat voor de deur. Met een prachtige bos bloemen en helemaal onverwachts! Hij bedankt zich namens het koor voor mijn 65-jarige lidmaatschap. Daar had ik totaal niet op gerekend. Het voelt voor mij zo, dat ik jullie allen deze mooie bloemen wil geven om mij bij jullie te bedanken voor al die dierbare momenten die ik bij Con Spirito heb beleefd. Con Spirito heeft mij veel gegeven en mijn leven verrijkt. Ik hoop dat ik zo lang ik leef nog lid kan blijven van deze prachtige zangvereniging. Ik wens ons allen dat we gauw weer op de dinsdagavond samen kunnen komen om te zingen en gezellig bij elkaar te zijn.
Jan Kranen, Suderwick
Dinxperlo SVD 1 (jaren ’60)
Staand vanaf links gezien: Fredy Heesen / Jan Obbink / Theo te Kaat / Bennie Schoppers / Bennie Luimes / Fredy Schuurman / Willy te Grotenhuis / Willi Elburg
Geknield: Jan Bussink / Jan Kranen / Jan ten Brinke / Willi Rexwinkel / Berti Koenders
Standen destijds
De Volkskrant 27-2-1961
Amateurvoetbal
Tweede klasse
KHC-Silvolde 1 – 1
MVV’2O-Dinxperlo 3 – 2
Epe-Labor 1 – 0
SDOUC-Vosta 3 – 2
Longa’30-Eilermark. 1 – 3
Dinxperlo 13 14
SDOUC 13 17
MVV’29 12 16
Epe 13 16
Reünie 12 15
Vosta 13 14
Labor 13 11
Silvolde 14 11
Eilermark 13 10
Longa ’30 14 9
KHC 12 4
Twee jaar later ……..
Leeuwarder Courant
10-06-1963
Eerste klasse D
Quick’20-Rig.bleek 2—0
Hengelo-DOS’I9 6—5
Rheden-WVC 1—3
ZAC-Leones 1—2
ESCA-Vosta 0—2
Dinxperlo-Quick (N.) 6—l
Algemeen Dagblad 10-06-63
Stand amateurs eerste Klasse D
Quick-N 22 33
Leones 22 31
DOS’19 22 27
Quick’20 22 22
Dinxperlo 22 21
Esca 22 21
Rigtersbleek 22 19
ZAC 22 20
Vosta 22 19
Rheden 22 18
WVC 22 17
Hengelo 22 16
In ca 4 jaar tijd van de 4e naar de 1e klasse met praktisch dezelfde selectie.